Het dragen van de rode hoed stelt de denker instaat te zeggen: 'Zo denk ik gevoelsmatig over deze zaak.'

De rode hoed verleent emoties en gevoelsoordelen een legitieme status als een belangrijk bestanddeel van ons denken.

De rode hoed maakt gevoelens manifest, zodat ze deel gaan uitmaken van de landkaart van het denken en van het van waarden, dat bepalend is voor de te kiezen route op deze landkaart.

De rode hoed verschaft de denker een gemakkelijke methode om over te schakelen op de emotionele golflengte - en wel op een manier die zonder een dergelijk hulpmiddel onmogelijk zou zijn.

De rode hoed steldt de denker in de gelegenheid zich op de hoogte te stellen van gevoelens van anderen, eenvoudig door naar hun 'rode' mening te vragen.

Als eendenker de rode hoed op heeft, moet iedere poging tot het rechtvaardigen van zijn gevoelens of het construeren van een logische basis ervoor achterwege blijven.

De rode hoed heeft betrekking op twee algemene categorieen van gevoelens. Om te beginnen de normale emoties zoals we ze allemaal kennen, verierend van krachtige emoties als angst en antipathie tot en met gevoelens van subtieler aard zoals achterdocht. Ten tweede de gecompliceerde beoordelingen die vrucht zijn van gevoelscomplexen als vermoedens, intuitie (ingevingen), nuchterheid, smaak, esthetisch gevoel en andere soorten gevoelens die niet duidelijk te rechtvaardigen zijn. Indien een mening in hoge mate op dergelijke gevoelens berust, valt ook die onder de rode hoed.

Concept van Edward de Bono